Waterschap Hollandse Delta monitort het weer en de weersverwachtingen nauwlettend voor het uitvoeren van het waterbeheer. En we kijken ook verder vooruit. Daarbij letten we vooral op de droogte-voorspellingen. De neerslagtekort/droogte grafiek van de KNMI van 18 mei 2020 laat zien dat we nu al een tekort hebben van circa 110 mm (KNMI_droogtemonitor). Bij een neerslagtekort van 150 mm zijn acties nodig, zoals inspecties van ‘veendijken’. Dit tekort zou al in de eerste helft van juni op kunnen treden. Dat is nog vroeger dan de recordjaren 1976 en 2018.
Signaalwaarden
Om tijdig in te kunnen grijpen, heeft het waterschap draaiboeken. Zo ook bij droogte. Zowel de rivierafvoer als het neerslagtekort hebben een signaalwaarde waarop bepaalde acties uitgevoerd gaan worden.
Een van de signaalwaarden is het neerslagtekort. Bij een tekort van 150 mm pakken we het draaiboek inspectie droogtegevoelige kaden – ook wel veendijken of veenkaden genoemd – uit de kast. Dit tekort zou dit jaar al in de eerste helft van juni op kunnen treden. Dat is nog vroeger dan het recordjaren 1976 en 2018.
Een andere signaalwaarde is de afvoer van de Rijn. Deze bedraagt momenteel nog steeds ca. 1.500 m³/s. Daarmee is deze waarde nog voldoende hoog om het binnendringen van het zoute zeewater tegen te gaan. Daarmee kan voorlopig nog steeds voldoende zoet water ingelaten worden in de polders.
Droogtegevoelige kaden inspecteren
Zodra het tekort van 150 mm wordt bereikt, start het waterschap met het inspecteren van de veendijken in het gebied. Het gaat dan om de dijken langs de Keen in Strijen, de boezemkaden aan de Boezemvliet in Maasdam en Puttershoek en boezemkaden aan het Kanaal door Voorne. Dit is een preventieve maatregel.
Deze dijken en kaden zijn droogtegevoelig, omdat de stabiliteit kan worden aangetast door de invloed of effecten van langdurige droogte. Dit kan zich op verschillende manieren uiten. Scheurvorming en plaatselijke verdrassing zijn de belangrijkste. Als dit wordt aangetroffen, dan worden maatregelen genomen om de stabiliteit van de kade te waarborgen. Bijvoorbeeld door het aanvullen van de scheuren of het nat houden van de kade.
Bij waterschap Hollandse Delta controleren onze eigen inspecteurs de dijken. Bij een neerslagtekort wordt een eerste inspectie (de zogenaamde nulopname) gedaan. Als de droogte blijft aanhouden worden de inspecties om de 2 weken herhaald. Bij verdere toename van het neerslagtekort zullen ook andere kaden en dijken worden geïnspecteerd.
Het overgrote deel van de 350 km aan primaire keringen die Hollandse Delta heeft bestaat uit kleidijken. Deze zijn minder gevoelig voor droogte. In 2018 was echter ook een uitgebreide inspectie van deze dijken nodig. Zeker in de huidige 1,5 meter-samenleving wordt nu al nagedacht op welke wijze deze inspecties uitgevoerd kunnen worden.
Elke avond op de hoogte van het laatste nieuws uit de Hoeksche Waard? Schrijf je dan hier in voor onze gratis nieuwsbrief.