De aanpak van de Groene Cirkels Bijenlandschap in Zuid-Holland is zeer effectief: de afgelopen jaren is het aantal soorten bijen in de regio waar de Cirkel actief is, al met 34 procent toegenomen. Maar helaas is dat geen reden tot juichen. Want ondanks de groei gaat het niet goed met bijen en andere bestuivende insecten, terwijl zo’n 80 procent van onze eetbare gewassen en wilde planten van bestuiving afhankelijk is.
Dit blijkt uit het rapport van EIS Kenniscentrum insecten. Het rapport benoemd 39 belangrijke bijensoorten die in de provincie voorkomen, inclusief beschrijvingen van hun leefomgevingen en maatregelen om die leefomgevingen te beschermen en uit te breiden. Zowel natuurgebieden als stedelijke gebieden doen het goed als het gaat om het aantal bijensoorten dat er voorkomt. Het agrarisch gebied doet het beduidend minder, met als kanttekening dat in dat gebied ook minder waarnemers actief zijn.
Het rapport is overhandigd op 24 augustus door EIS Kenniscentrum insecten aan de provincie Zuid-Holland tijdens de Groene Cirkels Bijenlandschap netwerkbijeenkomst voor één groot Zuid-Hollands bijenlandschap. Het rapport brengt ook de stand van de huidige bijenfauna van Zuid-Holland in beeld. Zo zijn erin de periode 2010-2022 in totaal 206 bijensoorten gevonden in de provincie, 14 meer dan bij de laatste telling in 2017. Ook is een aantal eerder als ‘verdwenen’ bestempelde soorten weer teruggevonden.Veel bedreigde bijensoorten die op de zogeheten ‘Rode Lijst’ staan, zijn vooral in de natuurgebieden waargenomen. De Biesbosch is een van de plekken waar een belangrijke, geïsoleerde populatie huist van de bedreigde knautiabij. Ook in Den Haag en op de Maasvlakte komen nog sterk geïsoleerde bedreigde bijensoorten voor.
Ambities versterking en uitbreiding
“Wij zijn heel blij met dit onderzoek. Het laat zien dat onze aanpak met de bijenlandschappen effectief is en dat het probleem zo groot is dat er meer moet gebeuren. Het rapport geeft concrete handvatten om het Zuid-Hollands bijenlandschap verder in te richten en uit te breiden”, aldus gedeputeerde Berend Potjer. “We gaan onder meer aan de slag met het versterken van het bijenlandschap via dijken, het beheer van open-duin-gebieden en het behoud en versterken van verbindingen tussen duingebieden.” Uit het rapport blijkt dat verschillende duingebieden belangrijke leefgebieden van de bij zijn.
Ook worden de komende tijd groenbeheerders meegenomen in het beheer van ruigtes, struwelen en bosranden, met onder meer aandacht voor geplande bosaanplant. Verder staan lokale acties op de planning, zoals onderzoek naar het voorkomen van de heidezandbij en een gesprek met Rotterdams Havenbedrijf over het voorkomen van de koolzwarte zandbij en zwaluwbij. “Grootschalige initiatieven voor bijvoorbeeld hommels door maatregelen in landbouwgebieden en het invoeren van natuurinclusieve landbouw worden opgepakt in nauwe samenwerking met het Zuid-Hollands programma Landelijk Gebied”, aldus Potjer.
Groene Cirkels Bijenlandschap
In Groene Cirkels Bijenlandschap werken tientallen partners (overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties, burgers en agrariërs) al jaren – met succes – aan een bijvriendelijke omgeving. Door wilde bijen meer voedsel en nestgelegenheid te bieden, het landschap aantrekkelijker en kleurrijker te maken en door behoedzaam om te gaan met chemische middelen.
Meer weten en meehelpen?
- Kijk op www.bijenlandschap.nl. Hier staan allerlei praktische tips en tricks voor burgers, bedrijven en overheden om zelf de bij een handje te helpen.
- Vraag hulp aan de bijenhelpdesk om je terrein bijvriendelijker te maken.
- Bekijk het rapport – dat handvatten biedt aan gemeenten en gebiedsbeheerders die bij willen dragen aan het groeiende Zuid-Hollandse bijenlandschap.
Elke avond op de hoogte van het laatste nieuws uit de Hoeksche Waard? Schrijf je dan hier in voor onze gratis nieuwsbrief.